De meeste camera’s worden geleverd met diverse programma standen. Het aantal en het type programma’s die een camera biedt kunnen sterk per merk en model uiteenlopen. programmakeuzes op je camera
Programmastanden worden ook wel scènes genoemd. Dit zijn voorgeprogrammeerde instellingen voor specifieke omstandigheden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een macro, een portret of een landschap. Voor beginnende fotografen zijn deze standen soms erg verwarrend. Doormiddel van aantal blog post probeer ik je te helpen om je weg te vinden in de belangrijkste programma standen. Doormiddel van uitleg, maar ook door eenvoudige oefeningen die je zelf kunt doen.
Laten we eerst starten met welke standen vinden we veelal terug op onze camera’s programmakeuzes op je camera
Auto |
De camera doet alles automatisch, dus zowel sluitertijd, diafragma, gevoeligheid als flits. Dit is de makkelijkste stand. |
P |
Dit is de halfautomatische stand. Hiermee heb je iets meer keuzevrijheid als bij ‘Auto’. De belichting (+-) kun je zelf instellen en je bepaalt zelf of je wel of niet flitst. Het diafragma en de sluitertijd kun je ook aanpassen. Een handige stand voor de snelle fotografie. P staat voor ‘Programm’ |
Tv of S |
Hiermee bepaal jij de sluitertijd. De camera kiest het diafragma erbij. Deze stand kies je als je bewust onscherpte in je beweging wilt hebben. Een interessante stand voor sportfotografen, voor wie een snelle sluitertijd belangrijk is. Tv staat voor ‘Time Value’, S voor ‘Shuttervalue’. programmakeuzes op je camera |
Av of A |
Hiermee bepaal jij zelf het diafragma. De camera past de sluitertijd aan. Dit is een interessante stand voor foto’s waarin je één object scherp wilt en de rest niet (scherptediepte). Av staat voor ‘Aperture Value’., A voor ‘Aperture’. |
M |
Jij bepaalt alles (de belichting dan). De sluitertijd, het diafragma en de gevoeligheid (ISO) stel je zelf in. M staat voor ‘Manueel’. |
De meeste instapcamera’s kennen nog meer standen die je kunt kiezen.
Deze standen zijn te herkenen aan volgende icoontjes (zoals het gezichtje of de bergen) zijn handig als je snel een portretfoto of landschapsfoto wilt maken, en niet goed weet waar je dan op moet letten. Deze icoontjes verschillen wel tussen camera’s, maar over het algemeen betekenen ze dit:
Flitssymbool |
Volautomatische instelling, maar zonder flits. |
Rennend mannetje |
Voor foto’s met veel beweging, bijv. een snelle auto of sporters – korte sluitertijd |
Grote tulp |
Macrofotografie. Handig voor close-up van bijvoorbeeld een bloem of insect. |
Gezichtje |
De camera selecteert een instelling die optimaal is voor maken van portretfoto’s – grote diafragmaopening |
Berg |
Instelling voor het nemen van landschapsfoto’s – kleine diafragmaopening |
Hoewel deze icoontjes heel nuttig zijn, heb je toch de meeste vrijheid als je zelf je belichting (met A, S of M) weet te regelen. Dan heb je de meeste controle over je foto en beeld. .ogrammakeuzes op je camera
Programmakeuzes op je camera
Gerelateerd
Top hier was ik naar opzoek.